BUUV van de Maand, jan
Omer en Eva
Haarlem, januari 2019
We vertrouwen elkaar
Rustig, ingespannen en aandachtig vertelt Omer op het kantoor van BUUV zijn verhaal. In het Nederlands. En dat is best opmerkelijk als je nog maar anderhalf jaar hier woont.
"Ik ben 46 jaar geleden geboren in Turkije. Ik werkte als docent Turks op een school. In 2000 verhuisde ik naar Indonesië, waar ik directeur werd van een privéschool. Door omstandigheden moesten mijn vrouw Fatma en ik daar met onze drie kinderen weg. We zijn uiteindelijk in Ter Apel terecht gekomen en hebben tien maanden in Sint Annaparochie gewoond. Sinds een half jaar wonen we in Haarlem."
Vrijwel direct na aankomst in Nederland besloot Omer dat hij snel wilde integreren. Hij besloot zoveel mogelijk contacten te proberen te leggen door zo snel als hij kon Nederlands te leren.
"Toen we in Haarlem kwamen wonen hebben Fatma en ik ons aangemeld bij het NOVA College. Maar alleen maar naar school gaan is niet genoeg. We moeten zoveel mogelijk oefenen met Nederlands praten. Tijdens een introductiebijeenkomst van de gemeente voor statushouders, kwam ik Semra – sociaal makelaar – tegen, die vertelde wat BUUV inhoudt. Ik heb me ingeschreven en zo ben ik in contact gekomen met Eva."
Omer en Eva spreken de eerste keer af met z'n tweeën. De keer erna zijn Fatma en Maarten er ook bij. Het is zo gezellig dat ze dat zo gehouden hebben. "We spreken wekelijks met elkaar af, meestal bij ons thuis", vertelt Eva. "En steevast brengen Fatma en Omer lekkere dingen mee." "We werken, praten, lachen, eten en drinken samen. Ze zijn echt heel aardig", vult Omer lachend aan.
Eva, 61 jaar, heeft in het onderwijs gewerkt en is later bij de gemeente Dordrecht aan de gang gegaan. "Inmiddels ben ik gestopt met werken en zocht ik een leuke invulling als vrijwilliger. Het fijne van BUUV is dat het allemaal wat informeler is. En dat is precies wat ik zocht. Ik wil een bepaalde vrijheid hebben. Het contact met Omer en Fatma verloopt zeer ontspannen. Naast het oefenen met Nederlands praten, kunnen we ze ook veel vertellen over de Nederlandse cultuur. En wij leren veel van hen. Ze zijn erg open en bereidwillig om te leren. Door hun vragen denken wij na over Nederlandse gebruiken en zij vertellen ons op hun beurt over hun eigen cultuur. Het is erg interessant om te zien waar ze tegenaan lopen tijdens het integratieproces. Ik heb veel bewondering voor Omer en zijn gezin en voor hun doorzettingsvermogen. Het moet niet makkelijk zijn voor ze. Ze zijn toch in een heel ander land en ik heb nog nooit, maar dan ook echt nooit ook maar een klacht gehoord. Daar kunnen wij Nederlanders nog wat van leren."
Omer: "Het is iedere keer zo gezellig, dat de tijd omvliegt. Voor je het weet, zijn we twee uur verder. We zien Eva en Maarten niet alleen meer om Nederlands te leren, het zijn ook onze vrienden geworden."
Bij de familie Demir wordt thuis Nederlands gesproken. "Tenminste dat probeer ik", vertelt Omer met een grijns. "Maar ik krijg veel commentaar. Mijn jongste zoon zei laatst tegen me dat mijn Nederlands nog erg slecht is. Zij pakken het via school erg snel op. Maar ik geef niet op. We kijken naar de Nederlandse tv en ik heb een app op mijn telefoon waar ik mee oefen als ik onder de douche sta. Hoe meer ik oefen, hoe beter. Als mijn Nederlands goed genoeg is, wil ik vrijwilligerswerk gaan doen, het liefst bij een grote organisatie, waarbij ik veel moet praten. Ik hoop op die manier snel aan echt werk te komen. Het vrijwilligerswerk is hier trouwens heel goed geregeld, heel bijzonder vind ik dat."
Beide BUUV'en zijn het erover eens: het contact dat zij nu hebben is onbetaalbaar. "Als het klikt, bouw je een vriendschapsband op. Daardoor verandert je kijk op de wereld", concludeert Omer. "Omdat zij zo open zijn, kunnen we ze ook vragen stellen. We vertrouwen elkaar. Een vraag kan soms misschien kwetsend overkomen, maar dan weten we van elkaar dat het goed bedoeld is."
